maandag 21 juli 2008

Tulou-tripje!

Dag allemaal!


Hier volgt 1 van de laatste blogberichtjes uit China. 

Het voorbije weekend brachten Sid en ik door in Yongding en omstreken, ongeveer 4 uur rijden met de bus vanuit Xiamen. We gingen naar Yongding om tot de verbeelding sprekende huizen van de Hakka-minoriteit te bezoeken, tulou genaamd. 

Tulou lijken wat op forten in de vorm van reusachtige paddestoelen... Sommigen staan al meer dan 500 jaar overeind! Al deze forten zijn gemaakt uit aarde en zijn rond of vierkant van vorm. Dit jaar zijn ze zelfs uitgeroepen tot Unesco werelderfgoed!


Vanaf de 17e eeuw werden de Hakka verdreven uit hun oorspronkelijke woongebied en zagen ze zich gedwongen om de bergen in te trekken en zich te verdedigen tegen aanvallen van andere bevolkingsgroepen. De tulou werden toen gebouwd en bevolkt door verschillende clans die elk een deeltje van het gebouw innamen. Een typische tulou bestaat uit een vooroudertempel die het centrum vormt. Rond de tempel bevindt zich de gemeenschappelijke ruimte, waterput en varkensstal/toilet. Op de 1ste verdieping is er plaats voor voedsel en eventueel oudere bewoners. De hogere verdiepingen zijn kamers. 


(Grappige anekdote over tulou; in 1985 toonden Amerikaanse satellietbeelden Hakka-huizen en men dacht dat deze Chinese kerncentrales waren verstopt in de bergregio van de provincie Fujian. Zeer gealarmeerd werden leden van de Amerikaanse ambassade naar Yongding gestuurd om de zaak te gaan onderzoeken. Tot grote opluchting en schaamte vonden ze een gastvrije Hakka-bevolking in grote aarden huizen ipv kerncentrales...)


Overdag verkenden we zoveel mogelijk tulou met behulp van een private driver die de mooiste plekjes aan ons toonde. De beste tulou liggen namelijk verspreid over een grote afstand en dat maakt dat de Chinezen je al snel willen binden aan een tourbus gevuld met Amerikanen of Chinezen die enkel de meest toeristische plaatsen bezoeken aan flitstempo. Zij bezoeken de streek slechts 1 dag, zitten daarom 9 uur op de bus en bezoeken welgeteld 1 uur tulou. Daar wilden we niet aan deelnemen... 


Overdag deden we dus maar chique met onze chauffeur en 's avonds sliepen we tussen de kippen :) We hadden het voorrecht om een nachtje door te brengen in een echte tulou en daar hebben we ondanks de primitieve omstandigheden enorm van genoten! 's Avonds passeerde er een staartje van een Taiwanese tyfoon door de provincie wat heel zwaar onweer en regenval veroorzaakte. Tijdens het avondeten viel de elektriciteit al uit en toen we wat later onze weg gingen banen naar de kamer... was er gewoon geen weg meer! Het riviertje voor onze tulou was een hevige modderstroom geworden wat we op het eerste zicht wel wat verontrustend vonden :) Maar gewapend met zaklampen en een plaatselijke bewoner vonden we een andere weg naar huis. Het bleef de hele nacht regenen maar 's ochtends konden we weer gewoon het riviertje oversteken. Het was wel een spannende nacht!


Tot onze grote spijt is dit avontuur naar alle waarschijnlijkheid het laatste van dit jaar... Volgende week op 30 Juli om precies te zijn keren S&S met pijn in het hart terug naar Belgie. Natuurlijk kijken we enorm uit naar het weerzien met onze familie en vrienden maar toch willen we "ons China" nog niet verlaten. We voelen ons thuis hier, we zijn hier een jaar lang dag in dag uit zo gelukkig geweest samen, we moeten onze Chinese vrienden en reiskriebels achterlaten... Zelfs de gedachte aan lekker Belgisch eten kan mij niet troosten. 

Maar we keren ook voldaan terug. We hebben dit jaar volledig in eigen handen genomen, ermee gedaan wat we van plan waren en meer. De mooie herinneringen zijn te talrijk om op te noemen! Daar zijn we dankbaar om. 


S&S

zondag 13 juli 2008

Enkele fotootjes...

Onze buren hier op Gulangyu zijn goede vrienden geworden! Ding en zijn vrouw wonen samen met oma en Dingding, ons kleine ongelooflijk schattige broertje. We krijgen regelmatig Chinese specialiteiten te proeven die oma klaarmaakt en ook Dingding eet graag puree en strooit wel eens kruiden van Piet Huysentruyt op zijn worteltjes. We gaan ze echt missen binnenkort...





Onderstaande fotootjes kreeg ik doorgestuurd van m'n lieve Koreaanse vriendin Liziyin.

Misschien komt ze ons volgende week nog bezoeken en anders gaan we haar later zeker zoeken in Korea!








Veel groetjes,
S & S

zondag 6 juli 2008

Guizhou & Fenghuang

Dag iedereen!

Hier volgt een verslagje van onze voorbije reis doorheen de provincies Guizhou en Hunan. Het belooft lang te worden dus jullie zijn gewaarschuwd...

Onze reis begon met een wel heel vermoeiende treinrit op trein nummer 1946. Ping suggereerde dat dat getal wel eens het maakjaar van de trein kon zijn en we geloven haar. Het was de oudste trein die momenteel nog in China gebruikt wordt! Geen airconditioning dus gedurende de 35 uur die we erop moesten doorbrengen. Volgens het treinpersoneel mochten we nog van geluk spreken dat we niet op het warmste moment gekomen waren, in augustus loopt de temperatuur in de cabines op tot 48 graden en vallen er om de haverklap Chinezen flauw...

Maar eens we in Guizhou aankwamen wisten we waarvoor we het allemaal deden! Een prachtig uitzicht doemde op voor onze slaperige oogjes. Uitgestrekte rijstvelden badend in zonlicht met hier en daar een verloren bergdorpje. In Yunnan zagen we al rijstterrassen maar deze waren absoluut superieur.

Toen we 's ochtends aankwamen in Kaili voelden we ons nog redelijk fit en besloten we maar meteen de bus te nemen naar Xijiang, een prachtig bergdorpje waar de Miao-minoriteit woont. China telt 56 'minoriteiten', de grootste groep van Chinezen zijn Han en 55 andere zijn dat niet. De 55 andere bevolkingsgroepen bezetten voornamelijk de grensgebieden met andere landen en hebben hun eigen specifieke rituelen, kledingstijl, taal, enzovoort. Guizhou is de provincie bij uitstek om minderheden 'in hun natuurlijke habitat' bezig te zien en dat was voor ons dan ook het doel van de reis.

De busrit naar Kaili zou ongeveer 2 uur duren, maar gezien je de toestand van de bergpaadjes nooit kan voorspellen en wij natuurlijk weer een ongeval moesten meemaken deden we er 5 uur over. De bus was gevuld met boeren die om de zoveel maanden naar de grote stad trekken om inkopen te doen in bulk! Zelfs onder onze voeten hadden we dozen staan met insectenverdelger, shampoo en weet ik wat nog allemaal... Naast mij zat een vrouw met een baby'tje. Dat zag er ontzettend lief uit maar al gauw liet hij een hoopje bruin vallen doorheen zijn broekje met opening. Gevolg: mama's broek ook helemaal vies en geurig maar ik gelukkig niet geraakt! Wat later werd de vrouw naast mij dan ook nog eens erg wagenziek met alle gevolgen van dien. Verder stopte we nog een aantal keer wanneer medereizigers het nodig vonden om groenten en kippen te kopen naast de weg en werd onze bus ook een keertje bestormd door jonge schoolkindjes die ongelooflijk blij waren met de potloden die een leerkracht uit Beijing uitdeelde op de bus. Een hele belevenis dus, deze tocht :)


Eens aangekomen in Xijiang werden we opnieuw beloond. Het dorp was in 1 woord prachtig!! Gelegen tegen een berg, tussen rijstterrassen en houten huizen bevolkt door de kleurrijke Miao-minoriteit. De Miao mannen smeden zilver en maken sierraden die wij al gauw als ideale souvenirs aanzagen, en de Miao vrouwen werken dag in dag uit soms wel maanden aan hun fijn geborduurde kleding, draagzakken voor kinderen, bruidsjurk of doodskleed.

Miao houden van bloemen, ze gebruiken bloempatronen voor zowel het zilverwerk als hun borduursels en dragen er ook bijna allemaal een grote in hun haar. Op feestdagen of speciale gelegenheden dragen ze nog steeds hun traditionele kledij vol zilver.

In Xijiang zijn geen bijna geen hotels te vinden en we zochten accommodatie bij de Miao thuis. Het huis met rode lampionnetjes helemaal boven op de berg sprak ons meteen aan dus besloten we er naartoe te gaan. Eens aangekomen en lichtjes uitgeput na de klim met onze rugzakken vonden we de ideale slaapplaats bij de Miao-koning. Het prachtige zicht over het dorp kregen we er gratis bij. De vrouwen maakten een uitgebreide maaltijd voor ons klaar en we gingen vroeg slapen na een vermoeiende dag...

De volgende ochtend stonden we vroeg op. Vooral Sid. Die was om 5u al wakker om de ideale foto te maken van de ochtendzon boven de rijstvelden! Het resultaat mocht er zijn. De rest van de dag verkenden we het dorpje en praatten we met de lieve mensen van Xijiang. (Sommige gesprekken leverden minder positieve informatie op. Zo verhuist de middelbare school van Xijiang volgend jaar naar een dorp veel verder weg wat betekent dat veel kinderen niet meer naar school zullen gaan na hun 12de. De belangrijke officials van Xijiang hebben ook besloten om een graantje mee te pikken van het toerisme. Vanaf september komt er een ticketboot op de snelweg naar Xijiang te staan zodat iedere bezoeker een stevige prijs betaalt om het dorpje te bereiken) 's Avonds viel de elektriciteit uit en hadden we fijne gesprekken bij kaarslicht.


Dag 3 brachten we door in Langde. Langde bleek opnieuw een pittoresk Miao-dorpje te zijn waar, gezien de betere bereikbaarheid, meer toeristen belanden. Gelukkig kwamen we op een goed moment en konden we bij wijze van verwelkoming genieten van een dansoptreden! Bij aankomst drink je rijstwijn die overvloedig aangeboden wordt door de bewoners van het dorp. Vervolgens beginnen de mannen muziek te maken en voeren de vrouwen verschillende dansen op. Na het optreden zochten we een toilet. Er waren er welgeteld 2 voor het ganse dorp; 1tje naast de varkens en 1tje erboven. De tourgroepen die massaal langskomen hier bezoeken vast een toilet alvorens ze aankomen in Langde.


Na Langde bezochten we ook nog Matang, thuishaven van de Gejia-minoriteit. De Gejia worden door de Chinese overheid ondanks hun totaal verschillende cultuur onterecht geklasseerd onder de Miao-minoriteit, iets waar beide groepen heel ontevreden over zijn.



Na 5 dagen moesten we wegens tijdsgebrek Guizhou verlaten. Veel te vroeg, want deze provincie had nog veel meer te bieden! Ooit gaan we nog eens terug... Onze volgende bestemming werd Fenghuang, opnieuw een erg mooi dorpje gelegen aan de tuojiang-rivier in de provincie Hunan. Fenghuang is de laatste jaren tot populaire vakantiebestemming gemaakt en het was niet moeilijk te snappen waarom. Naast de rivier stonden honderden houten paalwoningen, oude bruggen en pagodes overal. Overdag was het echt genieten in de straatjes van Fenghuang, een tocht door het verleden, maar 's nachts veranderde de stad een beetje in disco-town. De Chinese toeristen leken dat geweldig leuk te vinden, wij een beetje smakeloos... Iedere ochtend aten we onze lekkere toast bij het Soulcafe met zicht op de rivier, we sliepen bij een ontzettend lieve Chinese gastvrouw en we maakten ook een boottocht. Guizhou en Fenghuang maakten samen weer een onvergetelijke reis...



Nu zijn we opnieuw in Xiamen, waar het nog steeds even paradijselijk is als toen we hier vertrokken. Ondertussen is onze vroegere klasgenote Lise ook aangekomen hier en blijft ze bij ons de komende week! Vandaag zijn we samen de Xiamenese zee gaan verkennen We hebben nog meer leuke plannen voor onze laatste weken hier maar daar vernemen jullie later meer over.


Veel liefs,

S&S

vrijdag 30 mei 2008

Samen in Xiamen...

Dag mensen allemaal!

Het is lange tijd stil geweest in het bastion van S & S, maar hier verschijnen we alweer ten tonele! Onze vertrekdatum begint zo stilaan te naderen, dus dachten we van: we gooien de boel nog eens helemaal om! Ten gevolge van deze magistrale ingeving pakten Sophie en ik dan maar zonder aarzelen onze biezen, et voilà, in een oogwenk (weliswaar een extreem landurige oogwenk van 42 uur, maar het woord ‘oogwenk’ vat iets beter de ‘vliegensvlug-heid’ waarmee we ons een weg hierheen baanden) bevonden we ons zo’n slordige 2000 km ten zuiden van onze vorige thuisbasis, meer bepaald in regio Xiamen, provincie Fujian.

Ha!-moment

Een medereiziger was mateloos geïnteresseerd in de kleur van onze ogen, en was er - mogelijk onder invloed van Chinese wetenschappelijke publicaties en theorieën over het thema in kwestie - van overtuigd dat wij als ware nachtuilen in het donker konden zien. Het spreekt voor zich dat we ’s mans opvattingen hieromtrent wat hebben moeten bijstellen, en aldus stapten we vergenoegd en met 60+ kilo in ons kielzog van de trein in het paradijselijke Xiamen. De discrepantie tussen Farenheit en Celsius moet hier met een korreltje zout genomen worden, want na een persoonlijke eerste peiling kwam ondergetekende alvast uit op een ruwweg geschatte 80 °C, give or take a few degrees. Da’s echter niets waartegen een colaatje van de McDonalds niet tegen bestand is, en met een wild wapperende kofferbak en in het gezelschap van onze uiterst sympathieke huisbaas Ding Hui begaven we ons naar ‘ons eiland’.

Ter plekke

Een salamander in de keukenkast (met vriendjes op veel andere plaatsen), het (door het handig gesitueerde ‘broekgat’ wapperende) piemeltje van het zoontje van onze huisbaas, een uitzicht op de ferrydokken van Gulangyu en de algehele broeierigheid, alle wezen ze ons met de neus op de feiten: vaarwel Jinan, welkom paradijs!

*update*: voor het geval sommige van onze lezers zich afvroegen hoe het piemeltje van bovengenoemd zoontje mij onder ogen kwam (en dat ìs ongetwijfeld het geval) --> tot een bepaalde leeftijd dragen Chinese kindjes broeken die het zitvlak onbeschermd laten en zo pampers overbodig maken... (dit fenomeen zorgt tevens voor onbestemde poeltjes gele vloeistof in het straatbeeld en op openbare plaatsen die - voor diegenen onder ons die niet graag met mooie schoenen of zware bagage door pipi-stroompjes waden - de vlotte doorgang 'enigszins' belemmeren...kuch*goor*kuch)

Ondertussen gaan flarden van onze gedachten nog uit naar de ontelbare slachtoffers van de recente catastrofe/aanhoudende rampen in Sichuan. Menselijk lijden, van die omvang dan nog, is iets waarbij werkelijk alle onbenulligheden des levens in het niets verbleken, en dat besef je pas goed en wel als dat lijden relatief dichtbij je plaatsvindt.

Ouch!

De recente woede-campagne gericht tegen de Fransen en hun winkelketen Carrefour is ons nog niet geheel ontgaan. Onlangs werd ik nog ij zo na door een heethoofd aan het stuur van een taxi uit de auto gezet pal in het midden van een druk kruispunt; gelukkig kon ik de man net op tijd geruststellen dat ik noch een Fransman, noch ‘één van die Amerikanen’ was. Deze jongeheer had ‘ergens op het internet gelezen’ dat winkelketen Carrefour ‘het verzet en de oproep tot onafhankelijkheid vanwege Tibetanen steunde’ – net zoals Delhaize al eens haar stem laat gelden in burgeroorlogen en interne crisissituaties van landen overal ter wereld? – en dus posteerden hij en z’n vriendjes zich maar al te graag luidkeels en wapperend met vlaggen aan de ingang van de Jialefu voor een goeie ouwe boycot. Behalve de importsectie (hmm, lekkere spaghettisaus en sprit-koeken) zijn alle producten die er verkochten worden van Chinese makelij; zulks stond echter niet in de weg van de man en zijn principes, en dus hield hij (luid schreeuwend) vol dat luid schreeuwen en mensen de toegang ontzeggen tot een winkelketen de oplossing waren voor het vermeende probleem.

Voorts ben ik fier te kunnen meegeven dat Wikipedia terug te bezichtigen valt op het Chinese net, en zo ook alle Chinezen met mij, vermoed ik. Verheugd over deze recente evolutie dacht yours truly: “laat ons even de proef op de som nemen”. Vastberaden tikte ik wat zoektermen in die refereerden naar enkele van de in de ogen van Chinezen meest gevoelige thema’s. “Boys will be boys”, dacht ik evenwel toen ik merkte dat mijn internet me plotsklaps in de steek liet, en wel voor enige tijd. Enigszins teleurgesteld omdat ik mijn lijstje met gevoelige onderwerpen niet had kunnen afwerken, surfte ik dan maar verder, browsend naar banale onderwerpen van minder subversieve aard… Goh, wat is zo'n online database toch handig, als je weet waarnaar je moet zoeken tenminste!

Greetzz

S & S

zondag 11 mei 2008

Japanorama...

Konnichiwa iedereen!  

De voorbije week brachten Sid & ik 9 dagen door in Tokyo, Japan!! Het was een vakantie die we
nooit nog zullen vergeten want
ze was in alle opzichten adembenemend...Ik vertrok met grote
verwachtingen maar had nooit gedacht dat ik ook effectief vrijwel
meteen op Japan verliefd zou
worden. Dankzij mijn vriendje heb ik er nu een nieuwe passie bij!


Er is zoveel te vertellen dus ik probeer te beginnen bij het begin en voor ons
was dat Beijing. Vanuit Beijing vlogen we naar Shanghai waar we na het invullen
van allerlei exit-formuliertjes verder vlogen naar Japan en 2u later waren we al
geland op Narita airport, de overdreven chique luchthaven van Tokyo. Zo kort duurt
het dus maar om in een volledig andere wereld terecht te komen, want het verschil
met China kon niet groter zijn! Op de luchthaven konden we een snelle trein nemen
die ons naar het centrum bracht en zo kregen we een eerste indruk van de stad.
Eerst overal lieve kleine houten huisjes maar niet veel verder doken al gigantische
wolkenkrabbers op.

Aangekomen in onze Kimi Ryokan (Japans guesthouse) wisten we meteen dat het goed zat!
De inrichting was prachtig, overal houten vloeren waar je met blote voeten op moest
lopen en strakke bloemstukken. De kamer rook heerlijk naar de tatami-matten die op
de vloer lagen en we hebben nog nooit zo lekker geslapen als op onze futons daar!
Er was ook een traditioneel bad in het hotel, volledig gemaakt uit cipressenhout.
Japanners zijn gek op baden maar een bad nemen doe je volgens hen enkel en alleen
om te ontspannen en niet om te wassen! Vooraleer je een voet in het bad zet moet je
dus van kop tot teen gewassen zijn onder de douche.

De bediening was er zo vriendelijk, een bedenking die we later nog op heel veel
plaatsen zouden maken. De Japanners zijn zeer ingehouden en onderdanig, altijd
beleefd en zeggen constant dank u of sorry zelfs wanneer het helemaal niet hoeft.
Een van de vriendelijkste gebaren is de buiging die een beetje te vergelijken is
met een handdruk bij ons. Die buigcultuur zorgt soms wel voor heel grappige situaties
wanneer de ene persoon uit respect meer wil buigen dan de andere en 2 mensen op de
straat bijna een minuut bezig blijven :-)
We hebben heel veel bezocht, het tempo lag hoog want er is nu eenmaal te veel te zien 
in Tokyo. De metro met zijn meer dan 15 verschillende lijnen was gelukkig niet te
moeilijk te doorgronden en bracht ons overal naartoe. De stations waren gigantisch!!
Soms wel 20 minuten wandelen naar de uitgang... De taxi is nooit een optie geweest.
(om een idee te geven; de taxirit van de luchthaven naar het centrum kan meer dan 230
euro kosten slik!)

De hoogtepunten zijn te talrijk om allemaal uit te schrijven, daarover zeggen de fotootjes
hopelijk genoeg. Een van de mooiste momenten voor mij was het mogen bijwonen van een bruidsceremonie
opgevoerd bij het grootste schrijn van Japan, het Meiji-Jingu schrijn. Voor deze
feestelijkheid kleed de hele familie zich op in kimono. Het geheel was prachtig om
zien...

Via een goede vriend van mij konden we in Tokyo ook contact maken met een jong Japans
koppel dat tot vorige maand een jaar in Belgie verbleef. Daisuke en zijn vrouw Hiromi
waren heel aangenaam gezelschap en het was voor ons natuurlijk de ideale kans om eindelijk
een goed gesprek te hebben met Engels sprekende Japanners en zo een beetje dichter bij
de cultuur te komen. We maakten samen een boottocht over de sumida-gawa rivier en sloten
de dag af met een maaltijd in een soort van privekamertje van een mooi restaurant. Over
de Japanse eetervaring volgt zeker meer geschreven door Sid...

Wat ook veel indruk op mij gemaakt heeft is de Japanse mode! Ongelooflijk hoe stijlvol
de Japanse vrouwen op straat verschijnen, iemand zonder make-up of stiletto's spotten
op straat was praktisch onmogelijk. Iedereen leek er een eigen speciale stijl op na te
houden, soms tot in het extreme toe. Bij ons zouden hier niet veel mensen mee wegkomen
zonder er tuttig uit te zien of alle aandacht te trekken maar in Tokyo ging het perfect!
Daar draag je gewoon wat je wil omdat je het mooi vindt en niemand zal je daarom bekijken. Ideaal!

Het moderne van Tokyo blaast ook iedere nieuwe bezoeker omver denk ik, zeker als je uit een stad
als Jinan komt. Een mooi voorbeeld zijn de toiletten. In China zijn toiletten vaak zoveel
als veredelde gaten in de grond maar in Tokyo zoveel meer... Kijk naar deze afstandsbediening naast een japans toilet

Ja je ziet het goed, dit toilet heeft zelfs speciale sound-effects waarvan je het geluid kan
aanpassen naargelang 'je behoefte'. Hilarisch vond ik dat :) Privacy ten top.


Ten slotte nog een beetje over de Japanse shinto-schrijnen die echt een magische
sfeer uitstraalden. Sommige kwamen we per toeval tegen verstopt tussen hoge gebouwen
en andere waren gewoon zo bekend dat je ze niet mocht missen. Voor je het schrijn
betreedt moet je jezelf reinigen. Dat doe je door eerst water te gieten over je beide
polsen en tenslotte ook wat water in je mond te nemen en dan weer uit te spuwen
(in tegenstelling tot China is dit de enige plek in Japan waar er gecontroleerd gespuwd mag worden, oef).

Sid heeft de tactiek al helemaal onder de knie, kijk maar :
http://picasaweb.google.nl/Sid.Sophie/JapanTokyo/photo#5196147737808448930


Vervolgens betreed je het schrijn. Aan het grote wierrookvat verzamelen zich mensen
die proberen de rook te vatten met hun handen en uit te smeren over hun hoofd. Dit
zou je slim maken :) Ook zie je veel mensen met een houten kokertje schudden voor
een muur met schuifjes. We ontdekten dat in die houten kokertjes allerlei stokjes met
tekens verstopt zitten. Als je hard genoeg schudt komt er een stokje uit en kan je
het schuifje met hetzelfde teken als op het stokje openen. In dit schuifje ligt dan
een papier met een voorspelling op. Er zijn goede voorspellingen en minder goede. Heb
je een slechte getroffen dan vouw je ze beter op en bind je ze aan de speciaal daarvoor
opgehangen koorden. Dan ben je er snel vanaf! Ook heel mooi en fotogeniek zijn de ema's,
mooi versierde wensplaatjes die je overal ziet hangen in Japanse tempels en schrijnen.

Japan en haar bevolking hebben een geweldige indruk op ons gemaakt en ik vond het zo
spijtig om weg te gaan. Eens terug in Leuven willen we zeker een woordje Japans leren en
geld sparen om dan hopelijk terug te kunnen gaan en meer van het land te zien! Maar nu eerst
nog 3 maanden China verder verkennen. Wat hebben we het toch goed!!!

Veel liefs,

S & S

maandag 14 april 2008

~Mushi Mushi~

Hallo bezoekertjes!

hier volgt nog eens een korte update over onze voorbije weken. Die waren namelijk weer heel gevuld, en niet alleen met studeren foei! Op 22 maart reden we nog maar eens richting de gloednieuwe luchthaven van Beijing om dit keer de papa van Sid & diens goede vriendin Carla op te wachten. Deze toffe madam was er namelijk wonderlijk in geslaagd Papa Luc warm te maken voor een tripje naar China. Daar zijn wij haar natuurlijk heel erg dankbaar voor want samen beleefden we 2 geweldige weken!

Het meeste van de tijd verbleven we in Beijing waar we ook het ideale nieuwe hostelletje ontdekten gelegen in een gezellige hutong (nl. Red lantern hostel). We leerden deze keer wat andere kantjes van Beijing kennen,onder andere chique restaurants & hippe clubs! Om onze gasten ook een idee te geven van het leven buiten de grote stad hadden we voor hen een trip van 3 dagen naar Pingyao gepland. Pingyao is een pittoresk historisch stadje gelegen in Shanxi op zo’n 700 km verwijderd van Beijing. De oude stad daar is prachtig geconserveerd en nog steeds in bezit van zijn oorspronkelijke stadswal.. Hier vang je echt een glimp op van het China uit de 14e eeuw...

Terug in Beijing zijn we in de verleiding gebracht door een onweerstaanbare aanbieding van een klein onbekend reisbureautje. Dat had namelijk vliegtickets in promotie naar een gigantische stad in een fascinerend land waar Sid & ik al een heel tijdje van dromen… hallooo Tokyoooo! Veel tijd om te overwegen hadden we niet en het aanbod was te mooi om te laten liggen dus dat maakt dat we volgende week donderdag op een vliegtuig stappen richting Japan. Voor we de beslissing namen om te gaan hebben we wel eerst een cliché ontkracht, namelijk het cliché dat spreekt over Tokyo als een onbetaalbare stad. Het werd ons al snel duidelijk dat die uitspraak vooral waar is voor mensen die wonen in Tokyo en er bijgevolg groenten, fruit en een dak boven hun hoofd nodig hebben. Voor toeristen die zich tevreden stellen met een bentobox (blijkbaar geweldig populaire goedkope lunchdoos) is het een heel ander verhaal! In tegenstelling tot andere steden in Japan zijn zowat alle bezienswaardigheden in Tokyo volledig gratis. De metro is ontzettend efficiënt en betaalbaar. En wat accommodatie betreft verblijven we aan een heel democratische prijs in een ryokan. Een ryokan is zoveel als een Japans guesthouse waar je slaapt op geurige tatamimatten en rondloopt in een kimono op blote voeten! Klinkt sfeervol, niet? : )

Nu ik het neerschrijf besef ik wéér maar eens wat een prachtige tijd we hier mogen beleven, zoveel indrukken en ervaringen op korte tijd… Ik koester ons leventje hier zo en wou dat de tijd niet zo snel ging! Maar aan alle mooie dingen komt een eind, en zo zullen wij ook op 31 Juli terug het vliegtuig opstappen richting Brussel. We hebben namelijk redenen genoeg om niet in Beijing te blijven tijdens de olympische spelen. Een simpele hotelkamer kost al snel 200 euro per nacht, de vliegtickets worden in augustus opeens honderden euro’s duurder en we kunnen de olympische gekte nu al bijna niet meer aan! Net op tijd ontsnappen dus…

Tot snel,
S & S

zaterdag 12 april 2008

Niet alleen hun uitspraak kan beter...

Buzzbuzzbuzz…Ping!!

Jawel, lieve mensen, daar luidt alweer het signaal van een nieuw blogbericht!

Zoals jullie misschien al was opgevallen, vertoeven wij in China, en jullie daar…nu ja…niet! Gezien we jullie alle voordelen verbonden aan zo’n verblijf in Oriëntaalse contreien niet wensen te ontzeggen, leek het ons aangewezen om eens een niet onbelangrijk aspect van het dagelijks leven alhier aan te pakken. U hoort ons al komen, beste mensen, wij duiden met deze introductie op niets anders dan het fenomeen Chinglish, in haar meest zuivere en ongerepte, wat wil zeggen door allerlei incompetente Chinezen ineengeflanste vorm. Aan jullie om zonder schroom en vanuit jullie luie zetel te genieten van al dit - uit onze Chinese achtertuin opgespitte – geniaals, door simpelweg de link die leidt naar onze foto's te volgen...

N.B.: Enige geruststelling moge zijn dat taxichauffeurs in Beijing met het oog op de Olympics alvast verplicht zijn een taalcursus Engels – 200 zinnen en uitdrukkingen beslaande – te volgen, wellicht om al te gênante situaties te vermijden. Niet dat de Olympische Spelen nog vrij van gêne kùnnen zijn, maar dat geheel terzijde…

Greetzz

S & S

maandag 17 maart 2008

China, voor Chinezen...

Uhum...kuch...hoi daar!

Reeds menig maal is ons ter ore gekomen dat de wekelijks uitgezonden documentaire China voor Beginners erg aanslaat/aansloeg bij het grote publiek. Goed zo, grote publiek! Laat ons echter, zonder daarbij met opzet China’s kwaliteiten te ondermijnen, documentairegewijs enkele mythes ontkrachten:

- Chinezen spugen. Vaak. Rochelen net zo goed. Het exacte proces verloopt als volgt: Chinees (man of vrouw, geslacht doet schijnbaar niet terzake) voelt narigheid onderaan de keelopening. Lichtjes op zijn/haar hoede maar vastberaden en met inbegrip van wat er komen zal, zet de Chinees zich schrap om een schijnbaar inspannende reeks van bewegingen te gaan uitvoeren. Net voor zich dit natuurlijke proces finaal voltrekt, vertrekt de Chinees zijn/haar gezicht als ware hij een beetje bang voor wat er komen zal. Neen hoor, van angst geen sprake, want geheel onbevreesd zet hij/zij de resterende stappen om, voor het oog van…om het even wie eigenlijk…kuch…, hetgeen zich inwendig afspeelt ook te gaan veruitwendigen. Met één stevige opwaartse stuwbeweging (deze kan probleemloos en zelfs bij voorkeur worden uitgevoerd vanachter het stuur van een personenvoertuig, bij voorkeur met - voorzienigheid voor alles - het raam geopend) ontdoet hij of zij zich van de nare brij die één of in het slechtste geval meerdere vitale doorgangen van het lichaam zou hebben geblokkeerd. Dit proces herhaalt best meermaals daags, om aldus yin- en yang-elementen/andere vitale kosmische krachten naar behoren uit te balanceren. Op luidruchtige wijze. Ook in historische bronnen betreffende en komende uit China werd meermaals melding gemaakt van dit wonderlijke fenomeen, waarvan getuige onderstaande, nauwkeurig uitgekiende referentielijst.

- Sunzi’s “De kunst der oorlogsvoering” (uittreksels: “Hoe de vijand verpletteren met 1 rake fluim” + “Strategisch onderscheid tussen hoog en laag bij het uitvoeren van een mogelijk fatale fluimaanval”)

- "De Analecten" van Confucius, hoofdstuk 12 - met voorsprong het belangrijkste hoofdstuk - citaat nr. 14 en verder:

Discipel: “Meester, wat doe ik wanneer een man mij onrecht aandoet?”

Confucius: “Fluimen in ’s mans gezicht!”

Discipel: “Maar meester, zei u niet dat hij die een ware heer is, niet doet aan anderen wat hij zelf niet aangedaan wil worden”

Confucius: “……”

Discipel: “En haalde u ook niet aan dat…”

< C. spuugt met veel shwoeng en op gezaghebbende wijze in het gelaat van zijn gesprekspartner, die duidelijk niet goed wist welke de voorschriften waren in het China van weleer.>

- Chinezen houden van het concept 热闹(rènao), vrij te vertalen als een toestand van ambiance en broederlijke warmte, voelbaar op vrijwel alle publieke aangelegenheden waar zich een middelgrote tot aanzienlijke menigte Chinezen vertoont. De meest gepaste houding die je als buitenstaander aanneemt wanneer zich dergelijke sfeer doet gelden is er één van respect, van begrip, van participatie en erkenning. Tenzij ’s ochtends... Tenzij ’s ochtends om zes uur wanneer iedere weldenkende mens wil slapen, en wel in absolute stilte. U hoort het goed, ondergetekende en diens partner zijn in de loop van hun verblijf op menig locatie en tijdstip gewekt door wat moest doorgaan voor een hoogwaardig cultureel fenomeen. Cultuurbeestjes als ze zijn, zullen Chinezen hun ochtendlijke erupties van geluid (en reeds genoemde rochels) afdoen als deel uitmakende van een groter, cultureel papje. De slechte verstaander zal opperen dat hen met het poneren van deze stelling enige logica van redenering ontgaat, dat er sprake is van bepaalde universele, ongeschreven regels van beleefdheid. Hij begrijpt immers niet dat deze eigenschap slechts één van de onmisbare pijlers is van China’s veelzijdige en hoogontwikkelde culturele nalatenschap. Weet dus, lezer, dat als u ooit getuige bent van een dergelijk, op het eerste zicht onthutsend 'roepen en tieren', u het met die walging van u bij het verkeerde eind heeft. Aan een echte sinoloog - zich meteen bewust van welk moois zich hier voltrekt - klinken dit soort rumoerige situaties als muziek in de oren, als een vriendelijke ijscoman die de straat binnenrijdt, of als een geliefde die met luid klappen van de deur zijn terugkeer in uw woonst bekendmaakt.

- Nog steeds niet overtuigd van het aimabele karakter van de doorsnee Chinees? Dan hoeft u maar gewoon een vliegticket te boeken naar dit schitterende land, dit jaar gastland van de Olympische Spelen. Bij aankomst zullen u wellicht ook onderstaande dingen niet ontgaan:

-Chinezen tonen weinig affectie in het openbaar. Laat u niet misleiden door deze op het eerste zicht nogal eigenaardige eigenschap, ze hebben wel degelijk gevoelens, gevoelens die zich echter op een dieper, moeilijk te ontwaren niveau manifesteren. Wanneer u dit in overweging neemt zal u al snel merken dat het aangenaam met hen omgaan is, zij het dat uw gesprekken aanvankelijk enkel zullen draaien rond uw uiterlijk, salarissen, prijzen, scholing en huwelijksvoorschriften in uw land van oorsprong, en andere opwindende materie. Tracht echter moeite te doen en door te dringen tot uw gesprekspartner, met het oog op het voeren van een boeiend en hoogst vermakelijke conversatie (tip: fluister soms een beetje als je het hebt over censuur, gebrekkige beleidslijnen van de overheid, Tibet, en andere gevoelige topics)

-Chinezen eten met stokjes. Dit is positief omdat deze methode ons in staat stelt met de ene hand te eten terwijl we met de andere onze sigaret kunnen vasthouden/in onze neus kunnen peuteren. Als u net zoals ons denkt: “Wauw, ingenieus!”, kom dan afzakken naar China, waar het aangenaam dineren is.

-Kinderen verwennen is al lang tot trend verworden in dit mooie land (bevolkingsaantal: 1,3 miljard, waarvan een aanzienlijk deel verwende kinderen). Indien u zich ergert aan het irritante gemekker van zogenaamde ‘kleine keizertjes’ (die dikwijls ook dik zijn), weerhoudt u zich er dan niet van hen een educatieve ‘tik op de poep’ te geven. Als wij het niet doen, wie dan wel?

Tot de volgende blog-entry/tot in China!

Greetzz

dinsdag 11 maart 2008

Back in business!

Geachte bezoekers!

Het is zover, Sophie en ik zijn niet zo lang geleden aangekomen in het zonnige en van fijn stof doordrongen Jinan. De massale aanwezigheid van boeren en migranten op de trein liet ons kortstondig in de waan dat er misschien eindelijk wat te beleven viel in onze homestead, maar na aankomst bleek het er even oninteressant als tevoren. Onze reis doorheen een geijkt aantal provincies vergrootte niet verwonderlijk het contrast tussen deze stad en onderwijl bezochte plekken. Allen blonken ze uit op hun eigen manier, en we hopen dat jullie aan de hand van onze foto’s zelf ook vanop een afstand (hebben) kunnen genieten van al dat moois…

Onderaan zien jullie een ruwe weergave van de route die we de voorbije twee maanden hebben gevolgd. Let op het cirkelvormige patroon dat niet toevallig ontstaat bij het verbinden van de locaties met een denkbeeldige lijn. Jawel, zoals het woord ‘rondreis’ veronderstelt had ook ons avontuur iets weg van een ronde; het was als het ware een soort cyclisch gebeuren, met beurtelings terugkerende elementen: inpakken, beweging/rust, uitpakken, mekaar afwisselende settings, ho(s)telbalies, lekker eten, vies eten, goede nachtrust/slechte nachtrust (afhankelijk van een veelheid aan factoren, de meeste ervan te maken met kamertemperatuur en basiscomfort), geluiden, smaken, landschappen, tempels, bergen, wolkenkrabbers , backpackers/locals, toffe mensen, irritante mensen (overwegend in stationsbuurten, waar men uit was op ons geld), (slaap-)bussen, treinen, vliegtuigen, etc…

Klik hier voor een gedetailleerdere weergave van bovenstaand kaartje.

In nabeschouwing (en nabeschouwen doen we vlijtig!) waren de voorbije twee maanden zeer intens, voorspoedig, succesvol, leerrijk, verrassend, soms uitputtend, maar over de hele lijn enorm bevredigend (niet meegerekend die ene nacht waarop we een stel wilde olifanten op een haar na hebben gemist, akkerdju!).

Greetzz en tot gauw!

S & S

zondag 10 februari 2008

~Tibetaanse Sferen~

Vandaag beleefden we mogelijk de mooiste ervaring tot nu toe in China! Vanochtend besloten we de taxi te nemen naar een onbekende witte pagode die we eens gezien hadden in de verte wanneer we op een berg stonden te genieten van het uitzicht. Het witte puntje gelegen op een berg dat mooi uitstak boven de stad vroeg om onze aandacht! Dus dropte de taxi ons aan de voet van de berg in een piepklein boerendorpje en vroegen we de locals om ons de weg te wijzen naar de pagode. Om die te bereiken moesten we door een bos dat ook als kerkhof fungeerde. Gezien het de tijd is van Chinees nieuwjaar werd daar veel geofferd en werden er hopen papieren geld verbrand. Dat is een traditie hier, velen geloven dat al wat men doet verbranden bij het graf meegaat naar het hiernamaals.

Na een tochtje door het bos kwam de pagode dichter in zicht. Na wat zoeken vonden we de ingang en bleek dat er helemaal niémand te bespeuren viel. Dat is hoogst eigenaardig in China. Bleek dat het domein rond de pagode nog in aanbouw is en het eigenlijk nog niemand toegestaan is de werf te betreden. Maar gezien het de week van chinees nieuwjaar is en er geen arbeider werken hoeft konden we probleemloos binnen. We waren helemaal alleen met de prachtige pagode en de geweldige besneeuwde bergtoppen. Althans dat dachten we…

Ik stond vrolijk te poseren voor een foto toen ik opeens naast mij een slapende waakhond opmerkte in zijn nogal verborgen hok. Ik schrok me dood!! Na verdere inspectie bleek de hond toch aan een koord te hangen en konden we het wel wagen om de pagode van dichterbij te bekijken. Eens we boven kwamen en genoten hadden van het prachtige uitzicht merkten we tot onze verbazing de aanwezigheid van 2 monniken. Ze lachten vriendelijk en het bleek dat zij rechtstreeks uit Tibet waren overgekomen! (Deze provincie Yunnan grenst nl aan Tibet) Ook al was een gesprek voeren moeilijker dan anders gezien we de Tibetaanse taal niet machtig zijn, toch werden we vriendelijk verzocht om mee thee te drinken in hun woonvertrekken. Zo’n kans krijgen we niet meer snel dachten we, dus we gingen mee.

We kregen yakboterthee aangeboden, een ware uitdaging. Yakboterthee is het Tibetaanse drankje bij uitstek en heeft, zacht uitgedrukt, een zeer speciale smaak!! Stel je iets voor als boter en zout tot een vloeibaar stremseltje gemaakt. Ik had er na 5 slokken lichtjes genoeg van maar m’n immer tot uitdaging aangetrokken vriendje dronk er 2 glazen van. “Valt wel te drinken” besloot hij! De monniken waar we mee rond de tafel zaten waren leden van de karmapa-sekte en er heerste een heel gemoedelijke, speciale sfeer. We waren echt dankbaar om van wat dichterbij een blik te mogen werpen op hun levensstijl. Na het theekransje moesten we een manier zien te vinden om terug in de stad te geraken. Een taxi aanhouden was geen optie dus vroegen we een boerengezin in hun klein vrachtwagentje met open kar of we erin mochten springen. Géén probleem, er was nog plaats voor 2! Dus zo kwamen we na een prachtige uitstap terug in Lijiang aan…

zaterdag 9 februari 2008

Nieuwjaar 'revisited'...

Logboek Chinareis. Weekdag: zaterdag. Totale reisduur tot dusver: geen idee. Lang. Provincie: Yunnan. Weer: stralend.

Sinds een zestal dagen bevinden Sophie en ik ons in Lijiang, waar ons onlangs de langverwachte eer te beurt viel Chinees nieuwjaar te vieren, niet alleen in het bijzijn van die immer aimabele Chinezen (zei ik nu net immer? damn, ik zit al veel te lang in China om nog genuanceerd over dit volkje te kunnen nadenken…), maar ook op traditionele en uiterst memorabele wijze. De vieringen vonden bovendien plaats op een opperste beste locatie, in een door Unesco tot werelderfgoed omgedoopt dorpje, ver van de drukte van de grote stad (nu ja, in het licht van de feestdagen is rust relatief), waar in veelkleurige gewaden gehulde leden van de plaatselijke Naxi-minoriteit nog steeds het stadsbeeld domineren, waar de met blinkende stenen geplaveide straatjes je uitnodigen tot het maken van ellenlange verkenningstochten, en waar je tijdens zo’n wandeling ook niet zelden verloren loopt. Deel van de pret, zegt onze Lonely Planet, wij gaan akkoord.

On another note, Chinezen en vuurwerk gaan, wat historische bronnen en geschiedenisleraressen ook beweren, niet altijd even goed samen. De ‘Olympische vuurspelen’ die op de avond van de 6de februari plaatsvonden in Lijiang hadden tot onze ontsteltenis veel weg van een ontploffing in een vuurwerkfabriek (weliswaar zonder casualties, althans naar ons weten), vooral dan omwille van de algehele afwezigheid van structuur of berichtgeving omtrent de locatie van de festiviteiten. Met andere woorden, de Chinezen zetten het op de bewuste avond keihard op een knallen, zonder ook maar enige veiligheidsoverwegingen in acht te nemen of bij de mogelijke gevaren van zo’n amateuristisch licht- en geluidsspektakel stil te staan. Zo voltrok zich dit langverwachte ‘straatfeestje’ op zeer chaotische wijze, en hilarisch genoeg leek het alsof alle logisch nadenkende Westerlingen zich op een kluitje bijeen hadden gedrongen, bang, het geheel met argusogen aanschouwend, verontwaardigd. Kei tof dus, want hoe levensgevaarlijk dan ook, van diepgaande assimilatie kan pas sprake zijn als je het ook goed met zatte, feestvierende Chinezen kan vinden. De meest verontrustende taferelen speelden zich af onder het toeziende oog van roerganger Mao, wiens hand de lucht in leek geheven alsof de man net een bescheiden kransje voetzoekers over de euforische menigte had neergelaten. In de uren die voorafgingen aan middernacht leek het vuurwerk als een luidruchtig en weinig behaaglijk deken te zijn neergedaald over de hele stad, met uitzondering van het oude, beschermde stadsdeel (omwille van het zelfs door de meest dronken Chinees gerespecteerde brandgevaar - de meeste huizen zijn er opgetrokken uit leem en hout).

Enkele van de meest zorgwekkende wantoestanden: feestvierders die hun vuurpijlen ogenschijnlijk in ramen van huizen, bomen en de gezichten van voetgangers (inclusief het mijne) mikten, anderen die nog naar de gebruiksaanwijzing van hun ‘pakketje lekkers’ op zoek leken terwijl een klein deel van hun vuurkrans al ongewild in de rug van voorbijgangers tot ontploffing kwam. De politie, nochtans talrijk aanwezig, leek het plebs hun spelen te gunnen, want zelfs de meest veiligheidsonterende praktijken ontgingen de ordediensten schijnbaar. Ook voor hen was het nieuwjaar, en ook zij hebben hun kwelgeesten en demonen, die door het afsteken van vuurwerk dienen uitgedreven te worden. Niets dan begrip van onze kant dus, doe zo voort, Public Safety Guys! Ter illustratie: één politieagent bracht met de deskundige hulp van zijn hoogstens achtjarige dochter het meest omvangrijke en luidruchtige pak voetzoekers (een gezinsverpakking, te zien aan de afmetingen ervan, kortom: something to enjoy with your loved ones!) tot ontploffing. Voldaan droop de man af, met het oog op de verdere ordehandhaving en, niet te vergeten, de opvoeding van zijn kind.

Verdere hoogtepunten hier in Lijiang:

- Naxi-feestmaal, bestaande uit gefrituurde geitenkaas en in bamboekokertjes bereid varkensvlees, doorgespoeld met een smakelijk glaasje Great Wall (witte wijn);

- verkwikkende fietstocht doorheen het omringende platteland, met een daaropvolgend bezoek aan een de vroegere hoofdstad van het zogenaamde Nanzhao-rijk;

- ontmoeting met Mathias en Sofia, 2 ‘globetrottende’ Zweden die leven om te reizen;

- excursie naar de Tiger Leaping Gorge, een danig intimiderend stukje natuur, gelegen in één van China’s meest indrukwekkende gebieden (fonkelende rijstterrassen, besneeuwde bergtoppen, uitnodigende valleien…).

Ziezo, overmorgen smeren we ‘m naar Dali, een wat kleinschaliger vervolg op dit schitterende toevluchtsoord. Na Dali volgt Xishuangbanna (zuiden van Yunnan), een tot de verbeelding sprekend, aan Laos en Myanmar grenzend paradijs op aarde. Of zoals we in het Chinees al eens plachten te zeggen: 不错吧! (niet mis, toch?!)

Groetjes,

S & S

zaterdag 2 februari 2008

Kunming is ons ding!

Dag bezoekertjes.

Hier spreekt Sophie weer eens met een nieuw verslagje over onze Zuidenreis. 4 dagen geleden keerden we terug uit Hong Kong. Wat een geweldige stad! Vanuit Guangzhou sprongen we de bus op richting Hong Kong, althans dat dachten we en werd ons in de 1e plaats verteld door de buschauffeur… Na een rit van 20 minuten gingen we navragen waar de bus precies zou stoppen in Hong Kong en de busdame lacht naar ons en zei heel serieus “deze bus gaat helemaal niet naar Hong Kong, wij gaan naar de haven van Canton waar iedereen de boot neemt naar ginder!”. Jippieee dachten we, nu gaan we bootje varen.
Dat kwam natuurlijk aan als een verrassing en 2 touristilletjes later zaten we lichtjes gedrogeerd op het bovendek. Een Nederlander die toevallig voor ons in de rij stond had ons de tip gegeven om 10 kuai extra te betalen en een plaatsje te bemachtigen op de lege bovenverdieping. De Chinezen die zich massaal verzamelen op het benedendek zijn namelijk niet vertrouwd met touristil maar wél met zeeziekte. Toen ik een tripje maakte naar het toilet op dat benedendek wierp ik een blik op de arme bleke Chineesjes en was ik stiekem erg blij dat ik rustig boven zat. Toen vielen we in slaap, en werden we pas wakker toen de boot de kade in Hong Kong raakte.

Na het nodige papierwerk mochten we 90 dagen in Hong Kong verblijven. Maar 3 nachten waren meer dan genoeg gezien alles er een heel stuk prijziger is dan op het vasteland. De gigantische mensenmassa maakte een diepe indruk op ons en we hadden ook niet meer het gevoel in China te verblijven. Alles heel modern, netjes en geregeld. Ons hostel lag pal in het centrum van Tsim Sha Tsui. Een geweldige ligging die ons in staat stelde om alles in de buurt snel te verkennen.

Na Hong Kong maakte we een tussenstop in Guangzhou waar 100000en mensen gestrand waren bij het treinstation. China maakt dit jaar een extreem strenge winter door en de slechte weersomstandigheden maken dat vele treinen niet kunnen vertrekken. Net nu Chinees nieuwjaar nadert en ELKE Chinees de trein naar huis wil nemen. Chaos dus!

Gelukkig blijft dat slechte weer ons nu gespaard want sinds gisteren vertoeven wij in het prachtige Yunnan, meerbepaald haar hoofdstad Kunming. Kunming wordt de stad van de eeuwige lente genoemd en maakt tot nu toe haar naam helemaal waar. Morgen nemen we de slaapbus van 12 uurtjes naar Lijiang dus het wordt alleen maar mooier! We beleven de tijd van ons leven…

vele blije groetjes,

S & S

zaterdag 26 januari 2008

Een nieuwe honk: HongKong...

Nehih deih ho!!

Na ons verblijf in Sanya zijn we kouder oorden gaan opzoeken, en met iedere 100 kilometer daalde het kwik aanzienlijk. Na stops in Guilin en Yangshuo bevinden we ons nu in Canton, sinds lang een belangrijk handelsbaken. De modernisering is hier (mede door intensieve handel met het Westen en de komst van Britten e.d. in de 19de eeuw) al veel eerder ingetreden dan in andere steden, en dat zie je meteen. Hogere gebouwen, betere spreiding van industrie, hogere ontwikkelingsgraad, vlotter verkeer (vooral dan het metronet), ringwegen en bruggen overal waar je kijkt. De aangename, Cantonees sprekende (maar in het algemeen perfect 'tweetalige' bevolking) geeft ons het gevoel hier welkom te zijn, en daarom is het aangenaam genieten tijdens ons korte, weliswaar regenachtige verblijf hier. Morgen is de dag van ons langverwachte vertrek naar Hongkong, een immer in beweging zijnde wereldstad waar enkele van 's werelds meest spectaculaire panorama's en bezienswaardigheden ons opwachten. Een verslag en foto's volgen snel, check in tussentijd al onze nieuwe pics van voorgaande bestemmingen.

Greetzz en tot gauw!

S & S

zaterdag 19 januari 2008

Pruimfluim...

Tante Luo’s kookkunsten laten in het algemeen te wensen over. Op dat ene minieme gebrek na lijkt ze geen kwaadwillig vrouwmens, behalve dan dat we vermoeden dat ze een geldwolf is. Edit: niet lang na dit schrijven blijkt vrouwe Luo een zeer warme, attente gastvrouw te zijn met wie het dikwijls aangenaam praten is. Hetzelfde geldt voor haar man, die het erg op ons begrepen had en er naar ons gevoel alles aan deed om ons verblijf zo genietbaar mogelijk te maken.

Cao Shu (nonkel Cao) is een man van weinig worden die nog bij het leger gediend heeft, in het bijzonder tijdens de Culturele Revolutie. Een tijd waar hij met veel weemoed aan terugdenkt, af te leiden uit de verrassende schaterlachjes en overenthousiaste schouderklopjes die de man in de omgang hanteerde toen ik hem deze voor Chinezen nog steeds memorabele periode in herinnering bracht. Op de vraag of hij ooit had deelgenomen aan de strijd antwoordde hij van niet, “maar ik heb wel ooit eens een grote beer gemold. Vanop zo’n 30 meter afstand was dat. Oh ja, en een everzwijn ook.” Groot wild of Japanners, nonkel Cao neemt het onderscheid tussen de twee blijkbaar niet al te nauw.

Dat de man er nogal radicale overtuigingen op nahield, werd des te duidelijker toen hij en ik het hadden over de kwestie Taiwan. “Sanya en Taiwan zijn de twee enige echte eilanden die China rijk is. En wat een immense oppervlakte nemen ze in! Maar dat andere eiland wil geen eiland meer zijn, dat wil het ‘ei-juk’ van zich afwerpen (vrije vertaling, nvdr.). Maar oh wee, moest het ooit zover komen, moest Taiwan zomaar eventjes haar onafhankelijkheid voor zich opeisen, dan weten wij wel wat gedaan; hier op Sanya hebben we een enorm kanon staan, en met dat kanon zouden we hen eens goed gaan beschieten. Dan weten ze wie de baas is.”

Na dit eenzame en luidruchtige betoog, gehouden op een willekeurig voetpad in hartje Sanya, vermande nonkel zich en liepen we in stilte verder. Hong Kong moest niet de volle lading ondergaan, want daar was het ‘1 land, 2 systemen’ principe al afdoende toegepast volgens onze gastheer.

Sanya in een notendop:

-Gemiddeld zo’n 25 graden Celsius, aangenaam zonnetje op de knikker, kokosnoten binnen handbereik (gesteld dat er ook een ladder binnen handbereik is), met Russen beladen kusten, met drank en sigaretten beladen Russen…

-Sanya wordt bevolkt door een heleboel minoriteiten (Li, Miao, moslims of Hui,…), en velen onder hen zijn tewerkgesteld in de – laat ik even een chique term hanteren – fruitbusiness: maniok, mandarijntjes, dwergbanaantjens, passievrucht, kokosnoten, mango, etc… Ook het bedelaarschap als beroep is velen onder hen niet vreemd.

-De straten/voetpaden/ van Sanya liggen bezaaid met rode en roestbruine vlekken, afkomstig van binglang, een op pruimtabak gelijkend goedje dat voornamelijk door de plaatselijke bevolking (met voorsprong de moslims onder hen, leek ons) gekauwd wordt; de versere ‘spuugpoeltjes’ gelijken op bloed uit de diepste krochten van het menselijk lichaam, maar wij weten wel beter en deinzen dus niet terug voor een gezellige wandeling op het inmiddels op een schilderspalet gelijkende voetpad.

-De Olympische fakkel zal in de aanloop naar de Spelen vanuit Sanya naar Beijing worden gebracht; ‘fakkeldrager worden’ staat tevens hooggeplaatst in de ‘Olympische wishlist’ van de doorsnee Chinees.

-De Miss World verkiezing van 2007 vond plaats in Sanya, en – rarara – de winnares was een (er niet meer geheel Chinees uitziende) Chinese. Hmmm, ruikt naar doorgestoken kaart…maar zoals we allen wel weten begaat het stadsbestuur geen echte misdaad als het het integrale voorzitterschap van die wedstrijd wat relatiegeschenken cadeau doet, laat staan als het hen op een vriendschappelijk buffet of 5 trakteert. Dat noemt men gastvrijheid, capiche?

Vanuit een louche ogende internetbar groeten wij ons in omvang beperkte lezerschap:

(spugen eerst met veel vertoon een vers hoopje met kokospulp vermengde pruimtabak op de zo al bevuilde tegelvloer) “Greetings from Sanya, air quality good here!”

Groetjes,

S & S

Oh ja, blijkbaar vond de officieuze trommelfederatie van Hainan, tot voor kort voornamelijk bestaande uit 50-plussers, dat ik wel paste in hun recentste nummertje; het filmpje in kwestie valt te bewonderen via de link in de kantlijn…

donderdag 10 januari 2008

Zon, zee & strand

Wat een zalige tijd! Xiamen is absoluut de mooiste stad die ik in China tot nu toe gezien heb. Het doet deugd om hier zo te kunnen genieten van de geur van zee & bloemen…

Eergisteren bezochten we samen met Ping haar vroegere universiteit, Xiamen Daxue. Wat een geweldige campus! Overal palmbomen en mooie gebouwen. Na een wandeling van een paar uur zijn we vrienden van Ping gaan bezoeken in hun nieuwe woonst. Het koppel (Yezi en Mianlong) is vorige week getrouwd en had ons uitgenodigd voor thee. De bewoners van de Fujian provincie zijn gek op thee, en maken er een hele ceremonie van. Dat was leuk om mee te maken en het koppel in kwestie was ook nog eens ongelooflijk lief! We hebben een fijn gesprek gehad en hopelijk kunnen we hen dit jaar nog eens ontmoeten. De ouders van yezi & mianlong zijn boeren uit de Hainan provincie waar wij zondag ook naartoe gaan. Het was voor hen de allereerste keer dat ze hun dorpje moesten verlaten om hun zoon op te zoeken in de grote stad. De kleinste dingen waren nieuw voor hen, en het werd ook meteen hun eerste kans om een buitenlander in levenden lijve te zien. Ook al konden we als gevolg van hun dialect niet met hen praten, toch waren ze oprecht vriendelijk.

Gisteren hebben we een fietstocht gemaakt langs de kustlijn! Ping & ik op een tandem en Sid op een mountainbike. Het tandem-idee leek ons wel gezellig maar ik kreeg er al snel spijt van. De fiets zag er heel chique uit, nog ingepakt in folie, maar de kwaliteit stelde niks voor… Ik heb vroeger al vaker met een tandem gereden en dit was écht niet wat het moest zijn. Het zadel komt zowat tegen de grond, we moesten trappen als een gek en de afwezigheid van een fietsbel in het Chinese verkeer maakt dat ik tot 3 keer toe bijna iemand aangereden heb. Spannend was het wel en genoten hebben we!

Verder werd ik zelf ook bijna geraakt door een voorbijganger. Je gelooft het nooit… Een boeddhistische monnik in een JAGUAR (!) stevende recht op ons af. Ik kijk Ping vragend aan en zij leek niet te snappen waarom. Blijkbaar is het tegenwoordig heel normaal om als monnik met een chique bak rond te rijden en vriendinnetjes te zoeken op de campus. De “fake-monnik” doet niemand meer opkijken. Tempels rekruteren jongeren die fake-monnik willen worden en vragen hen om een tijd in de tempel te wonen en wat over boeddhisme te leren. In ruil daarvoor krijgen ze een hoog loon en laten ze iedereen zien dat de Boeddha je rijk kan maken! Ze investeren ook in aandelen.

Wisten jullie dat er in China prijzen worden geplakt op mensen die aangereden worden in het verkeer? Als je als chauffeur een inwoner van Beijing aanrijdt ben je meer geld kwijt dan wanneer je een boer raakt. Een kind aanrijden kost meer dan een bejaarde. En wie staat helemaal bovenaan op het kostenlijstje? Juist ja, de buitenlander…

Gisteren gingen we opnieuw eten met vrienden van Ping. Zij werkten op de universiteit als “harmonizer”. Een interessante job die veel vragen oproept… Op een Chinese website kan je niet zomaar het woord “politie” schrijven of kritiek op de regering uiten. Doe je dat wel dan doet de webmaster die commentaar verdwijnen en kan je zeggen “I’ve been harmonized”!

Vandaag maakten we een rondrit op het eiland en verdwaalden we in de smalle steegjes van Gulangyu. Dat was heerlijk en bij toeval kwamen we een heel gezellig restaurantje tegen gesitueerd in een koloniale villa. Zo hadden we meteen de kans om die eens vanbinnen te bekijken. Xiamen begint al aan te voelen als 2e thuis in China en willen hier zondag zeker nog niet weg…

Veel liefs,

Sophie x x x