zaterdag 26 januari 2008

Een nieuwe honk: HongKong...

Nehih deih ho!!

Na ons verblijf in Sanya zijn we kouder oorden gaan opzoeken, en met iedere 100 kilometer daalde het kwik aanzienlijk. Na stops in Guilin en Yangshuo bevinden we ons nu in Canton, sinds lang een belangrijk handelsbaken. De modernisering is hier (mede door intensieve handel met het Westen en de komst van Britten e.d. in de 19de eeuw) al veel eerder ingetreden dan in andere steden, en dat zie je meteen. Hogere gebouwen, betere spreiding van industrie, hogere ontwikkelingsgraad, vlotter verkeer (vooral dan het metronet), ringwegen en bruggen overal waar je kijkt. De aangename, Cantonees sprekende (maar in het algemeen perfect 'tweetalige' bevolking) geeft ons het gevoel hier welkom te zijn, en daarom is het aangenaam genieten tijdens ons korte, weliswaar regenachtige verblijf hier. Morgen is de dag van ons langverwachte vertrek naar Hongkong, een immer in beweging zijnde wereldstad waar enkele van 's werelds meest spectaculaire panorama's en bezienswaardigheden ons opwachten. Een verslag en foto's volgen snel, check in tussentijd al onze nieuwe pics van voorgaande bestemmingen.

Greetzz en tot gauw!

S & S

zaterdag 19 januari 2008

Pruimfluim...

Tante Luo’s kookkunsten laten in het algemeen te wensen over. Op dat ene minieme gebrek na lijkt ze geen kwaadwillig vrouwmens, behalve dan dat we vermoeden dat ze een geldwolf is. Edit: niet lang na dit schrijven blijkt vrouwe Luo een zeer warme, attente gastvrouw te zijn met wie het dikwijls aangenaam praten is. Hetzelfde geldt voor haar man, die het erg op ons begrepen had en er naar ons gevoel alles aan deed om ons verblijf zo genietbaar mogelijk te maken.

Cao Shu (nonkel Cao) is een man van weinig worden die nog bij het leger gediend heeft, in het bijzonder tijdens de Culturele Revolutie. Een tijd waar hij met veel weemoed aan terugdenkt, af te leiden uit de verrassende schaterlachjes en overenthousiaste schouderklopjes die de man in de omgang hanteerde toen ik hem deze voor Chinezen nog steeds memorabele periode in herinnering bracht. Op de vraag of hij ooit had deelgenomen aan de strijd antwoordde hij van niet, “maar ik heb wel ooit eens een grote beer gemold. Vanop zo’n 30 meter afstand was dat. Oh ja, en een everzwijn ook.” Groot wild of Japanners, nonkel Cao neemt het onderscheid tussen de twee blijkbaar niet al te nauw.

Dat de man er nogal radicale overtuigingen op nahield, werd des te duidelijker toen hij en ik het hadden over de kwestie Taiwan. “Sanya en Taiwan zijn de twee enige echte eilanden die China rijk is. En wat een immense oppervlakte nemen ze in! Maar dat andere eiland wil geen eiland meer zijn, dat wil het ‘ei-juk’ van zich afwerpen (vrije vertaling, nvdr.). Maar oh wee, moest het ooit zover komen, moest Taiwan zomaar eventjes haar onafhankelijkheid voor zich opeisen, dan weten wij wel wat gedaan; hier op Sanya hebben we een enorm kanon staan, en met dat kanon zouden we hen eens goed gaan beschieten. Dan weten ze wie de baas is.”

Na dit eenzame en luidruchtige betoog, gehouden op een willekeurig voetpad in hartje Sanya, vermande nonkel zich en liepen we in stilte verder. Hong Kong moest niet de volle lading ondergaan, want daar was het ‘1 land, 2 systemen’ principe al afdoende toegepast volgens onze gastheer.

Sanya in een notendop:

-Gemiddeld zo’n 25 graden Celsius, aangenaam zonnetje op de knikker, kokosnoten binnen handbereik (gesteld dat er ook een ladder binnen handbereik is), met Russen beladen kusten, met drank en sigaretten beladen Russen…

-Sanya wordt bevolkt door een heleboel minoriteiten (Li, Miao, moslims of Hui,…), en velen onder hen zijn tewerkgesteld in de – laat ik even een chique term hanteren – fruitbusiness: maniok, mandarijntjes, dwergbanaantjens, passievrucht, kokosnoten, mango, etc… Ook het bedelaarschap als beroep is velen onder hen niet vreemd.

-De straten/voetpaden/ van Sanya liggen bezaaid met rode en roestbruine vlekken, afkomstig van binglang, een op pruimtabak gelijkend goedje dat voornamelijk door de plaatselijke bevolking (met voorsprong de moslims onder hen, leek ons) gekauwd wordt; de versere ‘spuugpoeltjes’ gelijken op bloed uit de diepste krochten van het menselijk lichaam, maar wij weten wel beter en deinzen dus niet terug voor een gezellige wandeling op het inmiddels op een schilderspalet gelijkende voetpad.

-De Olympische fakkel zal in de aanloop naar de Spelen vanuit Sanya naar Beijing worden gebracht; ‘fakkeldrager worden’ staat tevens hooggeplaatst in de ‘Olympische wishlist’ van de doorsnee Chinees.

-De Miss World verkiezing van 2007 vond plaats in Sanya, en – rarara – de winnares was een (er niet meer geheel Chinees uitziende) Chinese. Hmmm, ruikt naar doorgestoken kaart…maar zoals we allen wel weten begaat het stadsbestuur geen echte misdaad als het het integrale voorzitterschap van die wedstrijd wat relatiegeschenken cadeau doet, laat staan als het hen op een vriendschappelijk buffet of 5 trakteert. Dat noemt men gastvrijheid, capiche?

Vanuit een louche ogende internetbar groeten wij ons in omvang beperkte lezerschap:

(spugen eerst met veel vertoon een vers hoopje met kokospulp vermengde pruimtabak op de zo al bevuilde tegelvloer) “Greetings from Sanya, air quality good here!”

Groetjes,

S & S

Oh ja, blijkbaar vond de officieuze trommelfederatie van Hainan, tot voor kort voornamelijk bestaande uit 50-plussers, dat ik wel paste in hun recentste nummertje; het filmpje in kwestie valt te bewonderen via de link in de kantlijn…

donderdag 10 januari 2008

Zon, zee & strand

Wat een zalige tijd! Xiamen is absoluut de mooiste stad die ik in China tot nu toe gezien heb. Het doet deugd om hier zo te kunnen genieten van de geur van zee & bloemen…

Eergisteren bezochten we samen met Ping haar vroegere universiteit, Xiamen Daxue. Wat een geweldige campus! Overal palmbomen en mooie gebouwen. Na een wandeling van een paar uur zijn we vrienden van Ping gaan bezoeken in hun nieuwe woonst. Het koppel (Yezi en Mianlong) is vorige week getrouwd en had ons uitgenodigd voor thee. De bewoners van de Fujian provincie zijn gek op thee, en maken er een hele ceremonie van. Dat was leuk om mee te maken en het koppel in kwestie was ook nog eens ongelooflijk lief! We hebben een fijn gesprek gehad en hopelijk kunnen we hen dit jaar nog eens ontmoeten. De ouders van yezi & mianlong zijn boeren uit de Hainan provincie waar wij zondag ook naartoe gaan. Het was voor hen de allereerste keer dat ze hun dorpje moesten verlaten om hun zoon op te zoeken in de grote stad. De kleinste dingen waren nieuw voor hen, en het werd ook meteen hun eerste kans om een buitenlander in levenden lijve te zien. Ook al konden we als gevolg van hun dialect niet met hen praten, toch waren ze oprecht vriendelijk.

Gisteren hebben we een fietstocht gemaakt langs de kustlijn! Ping & ik op een tandem en Sid op een mountainbike. Het tandem-idee leek ons wel gezellig maar ik kreeg er al snel spijt van. De fiets zag er heel chique uit, nog ingepakt in folie, maar de kwaliteit stelde niks voor… Ik heb vroeger al vaker met een tandem gereden en dit was écht niet wat het moest zijn. Het zadel komt zowat tegen de grond, we moesten trappen als een gek en de afwezigheid van een fietsbel in het Chinese verkeer maakt dat ik tot 3 keer toe bijna iemand aangereden heb. Spannend was het wel en genoten hebben we!

Verder werd ik zelf ook bijna geraakt door een voorbijganger. Je gelooft het nooit… Een boeddhistische monnik in een JAGUAR (!) stevende recht op ons af. Ik kijk Ping vragend aan en zij leek niet te snappen waarom. Blijkbaar is het tegenwoordig heel normaal om als monnik met een chique bak rond te rijden en vriendinnetjes te zoeken op de campus. De “fake-monnik” doet niemand meer opkijken. Tempels rekruteren jongeren die fake-monnik willen worden en vragen hen om een tijd in de tempel te wonen en wat over boeddhisme te leren. In ruil daarvoor krijgen ze een hoog loon en laten ze iedereen zien dat de Boeddha je rijk kan maken! Ze investeren ook in aandelen.

Wisten jullie dat er in China prijzen worden geplakt op mensen die aangereden worden in het verkeer? Als je als chauffeur een inwoner van Beijing aanrijdt ben je meer geld kwijt dan wanneer je een boer raakt. Een kind aanrijden kost meer dan een bejaarde. En wie staat helemaal bovenaan op het kostenlijstje? Juist ja, de buitenlander…

Gisteren gingen we opnieuw eten met vrienden van Ping. Zij werkten op de universiteit als “harmonizer”. Een interessante job die veel vragen oproept… Op een Chinese website kan je niet zomaar het woord “politie” schrijven of kritiek op de regering uiten. Doe je dat wel dan doet de webmaster die commentaar verdwijnen en kan je zeggen “I’ve been harmonized”!

Vandaag maakten we een rondrit op het eiland en verdwaalden we in de smalle steegjes van Gulangyu. Dat was heerlijk en bij toeval kwamen we een heel gezellig restaurantje tegen gesitueerd in een koloniale villa. Zo hadden we meteen de kans om die eens vanbinnen te bekijken. Xiamen begint al aan te voelen als 2e thuis in China en willen hier zondag zeker nog niet weg…

Veel liefs,

Sophie x x x

maandag 7 januari 2008

Howdy bezoekers, gezeten daar op jullie luie bureaustoel!

Na een behouden vlucht van beperkte duur (2 uurtjes) zijn wij gisterenavond veilig en wel aangekomen in het schitterende Xiamen, gesitueerd in de provincie Fujian, de welvarendste van China (opzoekwerk heb ik niet echt verricht, ik baseer mij op de gezaghebbende Chinese versie van Monopoly, waarin deze provincie voor het astronomisch hoge bedrag van 4000 yuan pas de jouwe is, enige empirische waarde achter mijn bewering is dus ver te zoeken). In tegenstelling tot de vlucht naar Chongqing, die vertraging had opgelopen “due to aircraft delay” (een schitterende verantwoording vanwege het vliegveldpersoneel, moet gezegd), verliep de onze probleemloos. Xiamen bevalt ons zeer: de inwoners spreken met andere tongval dan hun tegenhangers in het Noorden, en ook van uiterlijk verschillen ze enigszins. Xiamenezen (neologisme; beter nog vind ik ‘Xia-men’, als meervoud van Xia-man J) zijn op vele vlakken wereldburgers: modebewust en hip over de hele lijn, op de hoogte van nationale en internationale actualiteit, niet bekrompen, en ook economisch gezien hebben ze zoals gezegd hun zaakjes op orde. Op Shanghai na moet dit ongeveer de meest metropolitische stad waar we ons kamp hebben opgeslagen. Daarstraks nog een liedje van Arno op de radio gehoord in een doodgewoon verkooppunt van gedroogde vis, als ik me niet vergis, een gegeven dat ongeveer even bizar is als mijn recente aankoop van de film Ex-drummer van een straatventer (die houdt van Brusselmans’ typerende vertelstijl en opkomend Belgisch regietalent?) De temperaturen hier zijn tropisch in de zomermaanden, en uiterst aangenaam in de winter. De frisse zeebries die over het schiereiland waait werkt verkwikkend, en dat zie je ook aan de plaatselijke inwoners en hun gelaat. Ook hun gemiddelde leefomstandigheden (beter dan die van Chinezen in de meeste andere provincies) zitten daar ontegensprekelijk voor iets tussen, maar toch, het plaatselijke klimaat haalt het beste in een mens naar boven, wij kunnen het weten.

Gezelliger nog dan Xiamen is het nabijgelegen (5 minuutjes met de ferry) eiland Gulangyu, waar we momenteel ‘gestationeerd’ zijn en waar gezellige pianomuziek uit de strategisch geplaatste luidsprekers in de straat weergalmt. Koloniale architectuur, nauwe straatjes waar een mens met veel plezier in verdwaalt, onbevolkte stranden en de schittering van de zon op de natte rotsen, alles wat je zoal verwacht van een paradijselijk eiland gelegen op deze breedteligging. Vijf dagen lang zullen we ons hier nog vermaken met het nuttigen van plaatselijke specialiteiten (cappucino’s, lasagne, bacon sandwiches, om maar een paar van die typerende snacks te noemen J), zwemmen in de Zuid-Chinese zee en ; oh ja, Ping komt ook hierheen, niemand beter dan zij om ons wat te gidsen doorheen de stad, gezien ze hier 4 jaar gestudeerd heeft!

Dat was het voor nu, vrienden van de bloggerie, wij zorgen regelmatig voor updates, zorgen jullie voor de hapjes!

Groetjes,

S & S

vrijdag 4 januari 2008

Free love!

Dag lieve mensen!

Voor wij overmorgen het vliegtuig opstappen naar Xiamen nog snel even een postje. De voorbije dagen hadden we het geluk om Ping bij ons te hebben, de liefste Chinese vriendin die ik rijk ben. Zij woont tegenwoordig in Singapore met haar vriend, en dus is de tijd met haar samen altijd heel schaars! Deze week toonden we haar de beste plekjes van Jinan en we hebben het supergezellig gehad. Ping is niet echt een conservatiefje en daarom kan je met haar ook heel interessante discussies houden. Gisteren hadden we een boeiend en toch wel verontrustend gesprek over “liefde”…:

Wanneer je in China na je 25 nog steeds geen wederhelft gevonden hebt, zit je in grote problemen (althans volgens je ouders en alle mensen rondom je). Zoiets is echt not done en de oplossing ligt hem vooral in het zorgvuldig selecteren van iemand die je in de toekomst mogelijk kan leren graag zien, liefde tussen 2 mensen kan immers altijd gecultiveerd worden!

Algemeen gesproken krijgen alle zonen hier door hun ouders een woonst aangeboden, want anders zou hij toch nooit aan een vriendinnetje geraken? Papa en mama werken dus fulltime om dat huis dat totaal boven hun budget gaat af te betalen. Maar de dochter krijgt niets en dat brengt een gans systeem op gang. Als je weet dat een goede baan in Beijing ongeveer 130 Euro per maand oplevert, dan zie je meteen dat alleen wonen doorgaans zo goed als uitgesloten is voor de vrouw. Wat doe je dan? Op zoek gaan naar een mannetje met een fijn huis dus!! Want zelfs met 2 doorsnee inkomens kan je nog geen woonst betalen in Beijing en een simpel leventje leiden. Lang genoeg thuis wonen dacht ik toen maar das ook niet echt een optie want betekent zoveel als gezichtsverlies voor de ouders. Die stappen dan zeker naar een van de ontelbare huwelijksbureaus hier aanwezig! Als je na al dat zoeken een geschikte partij hebt gevonden is het ook nog eens vanzelfsprekend dat je een ongemakkelijke relatie opbouwt met de schoonouders, dat hoort zo. Koppels die hun voeten vegen aan dit systeem noemen zichzelf wel eens heel fier “free love!”. Heel terecht ook merk ik nu, maar nog steeds een luxe die weinig Chinezen zich kunnen veroorloven…

woensdag 2 januari 2008

Illy and names that are silly...

Vreemd genoeg lukt het ons om zelfs hier in deze relatief achtergestelde stad ('s werelds grootste boerendorp, in de woorden van ervaringsdeskundigen) af en toe iets nieuws te ontdekken. We zijn net terug van 'afternoon teatime' (nee, ik schaam me niet om die uitdrukking te gebruiken) in een trendy koffiebar (ook die niet :)), gezien het ontwikkelingsniveau van deze stad een uiterst zeldzame vondst, waar we dan ook niet geheel verwonderlijk laaiend enthousiast over zijn.... Zie Picasa voor wat sfeerbeelden. Oh ja, de dienster van dienst heette Baby-Ann…correct ja, BABY-ANN…veelzeggende stilte… Andere simpelweg goedgevonden Yingwen Mingzi - Engelse namen voor Chinezen – die ons tot nu toe wel kunnen bekoren: Zeke (spreek uit Ziejk), Abony (nee, niet Ebony, Abony, met de nadruk op oooo), Samanfar (???) en met voorsprong de meest originele: Smacker. En nu iedereen luid in koor: SMACKER!!! (btw, Smacker is een meisjesnaam...)