dinsdag 23 oktober 2007

Vooruitblik

Dag iedereen, en welkom op onze blog in een nieuw jasje.

De komende weken staat er heel wat op het programma dat ons erg enthousiast maakt!
Aankomende zaterdag landt er namelijk een vliegtuig met een speciale lading in Beijing…mijn papa! Sid & ik zullen voor de eerste maal gidsje spelen hier in China, iets waar we beiden zeer naar uitkijken. Ons reisschema is alvast tot in de puntjes voorbereid.

Donderdag vertrekken we al naar Beijing omdat de stad ons nog heel veel moois te bieden heeft. Plaatsen die hoog op ons lijstje staan zijn 798 Art Zone http://798space.com , Zomerpaleis, antiekstraatjes, grote muur en uiteraard de clichés die we mijn papa niet kunnen ontzeggen.


Maandag nemen we de trein naar Chengde, een prachtige plek die vroeger gebruikt werd door de keizer om te schuilen voor de hete zomers in Beijing! We gaan ook op het geschikte moment naar ginder, want het landschap zou versierd worden door dieprode herfstblaadjes. Nadat we de vele tempels in Chengde bezocht hebben keren we terug naar Beijing.


Woensdag vervolgens de trein op naar Jinan, en even checken hoe onze Jingjing het stelt in haar kattenhotel! Haar vorige verblijf ginds heeft haar meer dan goed gedaan, ze kwam werkelijk poeslief terug. Ze hebben haar daar duidelijk wat discipline bijgebracht… We vinden het dan ook een beetje triest dat ze morgen weer weg moet.

Volgende week vrijdag nemen we een nachttrein naar Zhengzhou in de provincie Henan. Hier bezoeken we het Shaolin klooster met bijhorend pagodebos, en reizen we nog een paar uurtjes verder naar Luoyang om daar de imposante Longmen grotten te mogen bezichtigen!
Het belooft een indrukwekkend reisje te worden, en Sid zal na afloop ervan ook weer op zijn ongeëvenaarde manier verslag uitbrengen van onze belevenissen. Ik kijk er alvast naar uit…

Veel liefs,

S&S

zondag 21 oktober 2007

Videotour


donderdag 18 oktober 2007

Citytrippin'...

Citytrippers! Gegroet!

Terug van weggeweest en verkerend in een staat van heimwee heb ik even de tijd genomen om het verloop van ons deugddoend reisje op gedetailleerde wijze neer te schrijven.

Routebeschrijving: Jinan - Nanjing - Shanghai - Jinan

Transportmiddel: een bullet-train van een goed merk die snelheden van 250 km/h haalde.

Wijze: goedgeluimd en met tripstick in de hand.

Na aankomst in het station van Nanjing (woensdagavond) deed één ademteug onmiddellijk vermoeden dat we hier met een heel ander soort stad dan Jinan te maken hadden. Niet alleen was de lucht er frisser, ook de inwoners en het architecturaal profiel van de stad oogden meteen heel…anders. Na een ongezond maar deugddoend hapje in de Kendeji/Kentucky werden we opgepikt door ‘onze man in Nanjing’ (de montere mijnheer Li, wiens contactgegevens ons door huisbazin Pang Xuemei waren verstrekt), die ons met zekere tred naar zijn auto escorteerde. Toen hij hoorde dat we Chinees spraken en hij dus niet aangewezen hoefde te zijn op zijn sowieso al afwezige kennis van de Engelse taal werd Li terstond zichtbaar gelukkig, en de parkeerboete die hij door fout parkeren had opgelopen leek hem niet meer te deren.

Li wenkte naar ons om ons te doen instappen en een klein halfuurtje later bevonden we ons in de lobby van het luxueuze Tianfeng Hotel, een nogal afzichtelijk staaltje hoogbouw dat zich desalniettemin pal in het centrum van de stad situeert en dus de perfecte uitvalsbasis was voor een korte citytrip in een stad als Nanjing. Na intrede in onze hotelkamer slaakten we beiden een bescheiden maar hoe dan ook goed hoorbare kreet van tevredenheid, want alsof de twee voorhanden zijnde twijfelaars en ruime omvang van onze kamer niet volstonden, bleek ze op de koop toe over een ligbad te beschikken. De vermoeidheid na de zes uur durende treinrit weerhield ons er niet van meteen na onze check-in een verkennigstochtje door het praalachtige centrum te ondernemen. Die verkenning wees uit dat Xinjiekou een oord van bedrijvigheid was waar naar hartelust kon worden gewinkeld, en dit in zowat alle prijscategorieën. Naast ons hotel bevond zich ook een klein maar gerieflijk supermarktje, waar we nog wat mondvoorraad insloegen alvorens tijdig onder de wol te kruipen, benieuwd naar de drukke dag die in het verschiet stond.

Dag 1

Met de hulp van onze reisgids (Lonely Planet), die we voor geen geld zouden kunnen missen en werkelijk van onschatbare waarde is voor de modale China-reiziger, hadden we in onze voorzienigheid een heuse planning uitgestippeld, en die planning zou minutieus worden opgevolgd. Nanjing is een druk zakencentrum, maar is vooreerst een stad met een bijzonder lange en uitgebreide geschiedenis, iets wat duidelijk blijkt uit de enormiteit van de stad en haar talrijke bezienswaardigheden. Eerst op de agenda prijkte de heuvelrug van de Zijin shan, op dewelke het Zhongshan National Park, een prachtig stukje werelderfgoed, zich bevindt. De belangrijkste – of althans bekendste – bezienswaardigheid van het park is het Sun Yat Sen mausoleum. Het indrukwekkende, 700 meter lange en 392 trappen tellende wandelpad met steile maar doenbare hellingsgraad geeft er uit op de graftombe van de ‘stichter des vaderlands’ zelve. De tombe zelf was gehuld in sereniteit, en zelfs de meest verwoed foto’s nemende Chinees leek hier zijn state of the art spiegelreflex-camera een moment van rust te gunnen om er Sun Yat Sen, ooit een waarlijk grote meneer (figuurlijk dan), te huldigen. Ikzelf besloot in al mijn enthousiasme of mijnheer Sun op latere datum te eren en, nu ik er toch was, voor de money shot te gaan. Met de zon op onze knikker genoten we van het uitzicht, dat allerminst vertroebeld werd door de skyline van Nanjing, vaag zichtbaar aan de horizon. Na een rustige afdaling zochten we vervolgens het gratis treinbusje/bustreintje op dat ons geheel free of charge naar die andere bezienswaardigheid, de Ming Xiaoling scenic area, bracht. Na oversteek van het toegangsbruggetje werd duidelijk dat hier rust heerste, en rusten deden we dan ook in een klein, mooi gerestaureerd paviljoen nabij de ingang. Nadien bracht een mooie wandeling doorheen het domein, aangelegd rondom de graftombe van de eerste keizer van de Ming-dynastie, ons in vervoering. Later volgde de zogenaamde geestweg, oftewel een pad begrensd met beelden van paarden, één hoorns, kamelen en olifanten die allen de weg naar de graftombe horen te ‘verlichten’. Sophie, die een ritje op één van de stenen paarden wel gepast leek, was doof voor de bezwaren die ik hiertegenover uitte (“Heiligschennis zeg ik je!!”). Tenslotte namen we nog een kijkje in Plum Blossom park en de Linggu Scenic Area, jazeker, alweer een ‘scenic area’ die haar naam dankt aan de weinig indrukwekkende maar toch mooie Linggu tempel, waar zich tevens een gelijknamige pagode bevindt. Na deze geweldige eerste excursie, waaraan het mooie weer een dankbare toevoeging was, konden onze lichamen wel wat rust gebruiken, en dus zetten we koers naar het Tianfeng Hotel, waar onze mooi uitgeruste kamer zich bijzonder goed leende voor een korte verpozing. Een avondmaal in een gezellig straatje vol authentiek ogende eettentjes was een waardige afsluiter voor een geslaagde eerste dag.

Dag 2

Alweer een drukbezette dag in de Zuidelijke hoofdstad, die er met glans in geslaagd is ons en onze hartjes voor zich te winnen. Vroeg opstaan is een vereiste, willen we alle interessante plekken bezoeken die Nanjing rijk is. Eerst op de agenda stond oorspronkelijk de Nanjing Massacre Memorial Hall, een naar het schijnt ontroerende en ietwat lugubere plek waar de slachtoffers van het bloedbad in Nanjing (1937; “Wiki’en die handel!”) herdacht worden door middel van fotomateriaal en fysieke overblijfselen opgegraven uit een massagraf, waarboven de eigenlijke hal gebouwd is. Na de lange heenrit bleek echter al snel dat het gebouw in kwestie as we speak gerestaureerd wordt en zelfs de pogingen van Li, die beschikt over een verregaande overtuigingskracht en bovendien werkzaam is in een invloedrijke danwei (werkeenheid), bleken tevergeefs in de confrontatie met de nogal nukkige opzichtster van de werf. Vervolgens voerde Li ons, weliswaar op ons aandringen, naar het meest oninneembare stuk van de indrukwekkende, 33 kilometer lange stadsmuur, tevens de langste ter wereld.

Op Li’s vraag of we wilden rusten antwoordden we stellig “Neen!” (rusten in een stad als Nanjing doe je gewoon niet!), waarop de man koers zette naar het centrum, vastberaden ons een authentieke eetervaring te bieden in één van de kleine xiaochijie (eetstraatjes) die Nanjing rijk is. Volgens onze man zag het eten er niet al te proper uit, en enkel de ‘smelly tofu’ was in zijn ogen het proberen waard. De smelly tofu, toevallig één van mijn lievelingsgerechten in de categorie ‘stinkende voedingswaren’ (“once you go smelly, it tickles your belly!”) werd opgediend met twee sausjes, beiden even smaakloos en zuur. Vervolgens werden we getrakteerd op een kilootje verse lichees, een frisse traktatie die goed samenging met de geurige nasmaak van reeds genoemde stinkende vleesvervanger. Zongtongfu, ooit de regeringszetel van de Guomindang waar ook reeds genoemde SYS een tijdlang zijn kantoor had, bleek geen bezoekje waard en de Drum tower, die we tot ons beider spijt wel bezocht hebben, was groot en…rood. Bij aankomst in ons hotel kochten we, impulsief als we zijn, twee ticketjes heen naar Shanghai, waarnaar we zondagochtend zouden vertrekken. Na een uurtje rust besloten we onszelf een bezoekje aan een relatief onbekende boeddhistische tempel te gunnen, waar we als bij toeval net op tijd aankwamen om getuige te zijn van het avondgebed, kundig voltrokken door een 50-tal nonnen die duidelijk geoefend waren in het reciteren van schitterende, op de tempelmuren weergalmende mantra’s. In het complex bevonden zich ook leden van de lekengemeenschap, die op hun beurt hun plichten als niet-professionele beoefenaars van het boeddhisme nakwamen. Van het klooster ging het naar, jawel, de Starbucks, waar we ons beider culinaire lusten konden botvieren mits het eten van respectievelijk een stuk chocoladetaart (Sophie) en een ‘blueberry muffin’ (ik). Jazeker, dat laatste verdiende voorzeker vermelding in deze entry, aangezien wij al een hele tijd reikhalzend verlangden naar een heerlijk staaltje Westerse patisserie. Omdat Sophie voor slapengaan plots zin kreeg in een voetmassage, en ik simpelweg niet steeds weer kan tegemoetkomen aan haar eisen J, droeg ze mij op een telefoontje te plegen richting schoonheidssalon. Hoewel we ons ervan bewust waren dat in zowat alle Chinese hotels de term ‘massage’ meestal (en vooral) ook een erotische connotatie in zich draagt, gingen we er blindelings van uit dat ons verzoek zou begrepen worden door de respectabele dames in de schoonheidsafdeling van ons hotel. Wrong call (letterlijk en figuurlijk), zo bleek toen een drietal minuten na mijn telefonisch verzoek een lichtjes onkuis geklede deerne op onze kamerdeur kwam kloppen; toen Sophie de juffrouw weigerde binnen te laten en stelde dat er een vergissing in het spel was, schreeuwde ze ij zo na “Moord en brand!”, en was mijn vriendinnetje verplicht haar de toegang tot onze kamer te verstrekken. Bij het zicht van een halfnaakte Belgische universiteitsstudent (ikzelf) moest de jongedame even slikken (pun definitely NOT intended!), maar nadat ze via de interne lijn aan haar bazin had verzekerd dat het om een misverstand ging, excuseerde ze zich plechtig en maakte ze zich uit de voeten...

Dag 3

Een grauwe hemel voorspelde regen en sloot de geplande wandeling in Xuanwu Lake Park uit. Een blik werpen op de Yangzi leek ons geen slecht alternatief, het relatief dure ritje met de taxi (omgerekend zo’n 3 euro) hadden we er dan ook graag voor over. In het regenachtige weer kwam de brug, naast een sterk staaltje socialistische architectuur (= groots, ongeïnspireerd en statig) ook één van de weinige nuttige verwezenlijkingen ten tijde van de Culturele Revolutie, goed tot haar recht. Uiteindelijk werd het zicht op de rivier zelf belemmerd door wat treurwilgen die sierlijkheid veinsden (maar in werkelijkheid gewoon wildgroei stonden te wezen) en keerden we enigszins teleurgesteld, maar desalniettemin slogans scanderend in de geest van het communisme, terug naar centrum Nanjing, waar we de rest van de namiddag doorbrachten met winkelen, en zo ook menig Chinees met ons. Bij valavond haalde Li, de verpersoonlijking van nonchalance, ons op aan de lobby van het hotel, bereid om ons met allerlei hoekjes en kantjes van de buurt rond de Confucius-tempel vertrouwd te maken. Vergezeld door deze sympathieke kerel, die net als iedere andere Chinees geschoold is in de kunst van het afbieden, slaagden we er in wat leuke spullen op de kop tikken voor geen geld. Nadien trakteerde hij ons nogmaals op een heerlijke maaltijd, bestaande uit een trio koude voorgerechtjes en 3 smakelijke hoofdgerechten: Chinese ‘gele paling’ (huangshan 黄鳝), een variant op Viëtnamese loempia’s gevuld met vis en een kommetje niet te versmaden ‘zoute varkenshuid’. Mmmmm…

Dag 4

Li, zoals gezegd werkzaam in een invloedrijke werkéénheid – zo getuige de korting die hij afgedwongen kreeg op de prijs van onze hotelkamer per nacht – en steeds met de handen in de zakken, gaf op de ochtend van de vierde dag te kennen dat hij geenszins van plan was ons de kosten van ons verblijf te laten betalen, en gebood ons dan ook met simpele hoofdknik plaats te nemen in de auto. Aldus namen wij plaats in zijn zwarte Honda, waarmee hij ons naar Nanjing Train Station voerde. Lichtjes treurend om ons vertrek maar blij om het vooruitzicht van ons dagtripje naar Shanghai lieten we de drukke straten van Nanjing achter ons, en stonden we niet veel later in de vertrekhal van het moderne, niet onaantrekkelijk ogende treinstation van een stad waarheen we zonder twijfel nog zullen terugkeren. Zo’n twee uur later bevonden we ons reeds in Shanghai, bovendien besloten we vrijwel onmiddellijk en enigszins ongepland ook hier één keer te overnachten, kwestie van onszelf wat tijd te gunnen om de stad aan een redelijk tempo te verkennen. “Shanghai mist wat karakter...”, aldus Sophie wanneer ik haar uitvroeg over deze stad. Het klopt dat de niet al te innovatieve hoogbouw, de al te hoge prijzen en het grote aantal Westerse bedrijven/zakenmensen/toeristen deze stad Westerse allures geven, en ze bijgevolg minder Chinees aandoet. Een wandeling maken op de Bund, een blik werpen op de skyline (mooier op foto dan in het echt), kuieren doorheen de ‘oude stad’ (waar het zicht vertroebeld werd door de mensenmassa en de mensen massaal aanschuiven voor dumplings en andere delicatessen, in werkelijkheid smaakloze varianten op the real thing), je moet het eens gedaan hebben, maar ook niet meer dan dat. De aanblik van twee ogenschijnlijk welgestelde Westerlingen ontlokte in reeds genoemde oude stad aan menig winkelhouder grammaticaal onjuiste doch woest gearticuleerde zinsneden als “Scarfies and-a looking”, “Please-a you looking”, de korte maar krachtige variant “Hello look-a look-a” en tenslotte de dooddoener “Lookie yes yes lookie nice-a fan” (verwijzend naar een niet buitengewoon mooie waaier). Een bezoek aan het museum van Shanghai, waar meubilair en porselein uit de Ming- en Qing-dynastieën prijken naast kalligrafie, penseelschilderijen, munten, vaatwerk en sculpturen uit allerlei periodes, kon ons het meest van al bekoren. Een avondwandeling langs de Bund, voorafgegaan door een koopjesjacht in de oude stad, vormde uiteindelijk het slot van een perfecte, tweeledige citytrip. De volgende namiddag zouden we na een acht uur durende treinrit voet zetten op de wellicht zwaar vervuilde bodem van de provincie Shandong, waar de Jinanese lucht inmiddels een vlotte ademhaling belemmert, wij leven op een dieet van pomelo’s (30 eurocent per stuk) en S & S alweer aan het plannen zijn geslagen, dit keer voor ons vertrek naar Beijing…

Voorts bedanken wij al onze bezoekers voor hun onuitputbare interesse in onze blog!

Greetzz

maandag 8 oktober 2007

Vakantieplan

Nimen Hao Blogbezoekertjes!

Ondertussen is het weeral meer dan een week geleden dat jullie nog iets van ons vernomen hebben…Maar geen nieuws is goed nieuws want Sid & ik stellen het nog steeds prima hier!

De voorbije week vakantie is voorbij gevloooogen. Spijtig genoeg wel niet de kans gekregen om veel nieuwe plaatsen te ontdekken… Het weer hier liet ons simpelweg niet toe om een berg te beklimmen en zelfs buiten komen was er af en toe te veel aan. Dus hebben we maar veel vakantieplannen gemaakt!

Toekomstmuziek denken jullie? Nee hoor, overmorgen beginnen we eraan!!
Zowel Sid als ikzelf zijn een beetje uitgekeken op Jinan, en we vinden dat het dringend tijd wordt voor iets nieuws… Woensdagmiddag stappen we dan ook de trein op richting Nanjing, “de zuidelijke hoofdstad”. 6 u later arriveren we op onze plaats van bestemming! Veel tijd dus om van het veranderende landschap te genieten en wat karakters te herhalen tijdens de rit.

Normaal gesproken keren we zaterdagnacht weer terug naar onze thuishaven, al kan je daar in China nooit zeker van zijn… Het is zo dat je hier nergens retourtickets kan bemachtigen, alleen one-way tickets.Of we woensdag in Nanjing een ticket terug kunnen bemachtigen is volgens de verkoopster niet gegarandeerd…
Toegegeven, het Chinese systeem kan best spannend zijn!

Tot zondag (?) voor een gedetailleerd verslag van onze 1ste échte citytrip in China
S&S